
DOOR LEONI ANDRIESSEN 22/02/2022
Lees hier het volledige artikel.
Met elkaar maak je een cultuur, ook een niet-integere cultuur. Dat is waar de voorstelling Mindlab over gaat. Het stuk van TheaterMakers Radio Kootwijk (TMRK) is aanstaande donderdag voor het eerst (online) voor TU/e’ers te bekijken en moet een dialoog op gang brengen aan de universiteit. Theater is daar een heel geschikt middel voor, zegt schrijver en regisseur Walter Supèr: “Het kruipt onder je huid en legt de binnenwereld van mensen bloot.”
Een cultuurverandering teweeg brengen op universiteiten: dat had hoogleraar Ellen Giebels van de Universiteit Twente voor ogen toen ze Walter Supèr vroeg om een theaterstuk over de academische wereld te schrijven. De artistiek leider en regisseur van TMRK ging akkoord en dook in de wereld van de wetenschap. Het resultaat is Mindlab, dat deze week online te zien is voor TU/e’ers en in juli naar de campus komt. De voorstelling moet een “waarachtig en moedig” gesprek op gang brengen aan de universiteit over thema’s als wetenschappelijke integriteit, sociale veiligheid en leiderschap: onderwerpen die naar voren kwamen uit gesprekken met medewerkers van de Universiteit Twente.
Input voor het stuk komt dus uit de academische gemeenschap?
“Ja, we wilden een groep mensen spreken vanuit zoveel mogelijk verschillende invalshoeken, dat varieerde van universitair docenten, promovendi en hoogleraren tot ondersteunend personeel. Eigenlijk is dat de kracht van TMRK: we zijn goed in interviews doen en in het verhaal achter het verhaal ontdekken. Wat zit erachter, waarom gebeuren dingen? Dat willen we weten.”
Waar ben je achter gekomen?
“Dat mensen aan de universiteit, net zoals in de rest van de wereld, last hebben van cognitieve dissonantiereductie. Ik noem dat een soort schot in je hersenen waarachter je dingen kunt verbergen. Mensen signaleren iets en vinden eigenlijk dat het niet kan, maar denken dan toch: het gaat niet over mij of ik ben er alleen indirect bij betrokken. Dat zorgt ervoor dat ze geen actie ondernemen. Ik ben een positief denkend mens. Ik denk dat er weinig mensen zijn die zeggen: ik ga er een janboel van maken. Maar toch gebeurt het. Dat vind ik fascinerend.”
Is het niet moeilijk om positief te blijven als je verhalen hoort over sociale onveiligheid en gebrek aan integriteit?
“Nee, want iedereen die ik spreek wil het goede doen. Ik denk dat we door de individualisering ruimte krijgen om solistisch stomme dingen te doen. Aan de universiteit creëren we ook nog hiërarchische onaantastbare posities. Denk bijvoorbeeld aan een secretaresse die allerlei declaraties en notulen voorbij ziet komen. Als ik die vraag: wat vind je daar nou van? Dan zegt ze: ja, ik vind eigenlijk dat het niet kan. Het is een slangenkuil, maar ik ga het niet aan de grote klok hangen, want ik ben blij met mijn baan. Dat soort thema’s komen ook terug in de voorstelling. Natuurlijk komen er foute dingen aan bod, maar het stuk is gebouwd op mensen die iets goed willen doen. Het gaat vooral over omstanders die niet in actie komen, of zich verschuilen achter processen, protocollen of systemen.”
Je hebt het over omstanders, maar moeten niet juist mensen in machtsposities hun gedrag veranderen?
“Er zit een vraagstuk in het stuk over wat voor visie we op leiderschap hebben. Het zit hem in de wisselwerking. Het CvB en decanen zijn niets als de grote meerderheid zegt: dat gaan we niet doen. De baas is niet altijd de leider.”
